Tjeert heeft geld nodig. Op
zich is wiet niet zo duur, maar als je grootverbruiker bent, gaat het in de papieren lopen. En nu M en ik zijn gescheiden, is die geldkraan ook dicht. Tjeert houdt niet van dicht.
Maar ook zonder geld kun je blijkbaar aan dure spullen komen. Hij draagt dure merkgympen. Is een trucje dat hij me heeft uitgelegd: ‘Je moet op
je oude gympen Van Haren binnenlopen, de duurste gympen passen, de oude gympen terugdoen in de doos, doos terugzetten en cool de winkel uitlopen. Dat valt nooit op. Het zijn sukkels bij Van
Haren.´
´En autospul, he. Tikkie tegen het glas, pakken en weglopen. Ook al zien de mensen je, gewoon agressief kijken, niemand durft wat te
doen´.
Tjeert lacht. Hij heeft een gat in de markt gevonden.
Maar Tjeert is niet subtiel. De politie heeft Tjeert gevonden.
Als ik voor de krant de rechtbankberichten moet doen, kom ik hem steeds tegen. Niet lijfelijk, maar in de samenvattingen die ik van de persvoorlichtster krijg:
TB 19 winkeldiefstal, woninginbraak
TB 20 inbraak, gestolen bromfiets, telefoons, geluidsapparatuur, drugsbezit
TB 21 inbraak, geweld, drugshandel
Ik heb weinig behoefte hem lijfelijk te ontmoeten. En al helemaal niet ´s nachts thuis in mijn onderbroek, als ik op glasgerinkel beneden in de hal afkom.
´Wat flik jij me nou?´
´Shit, ik dacht dat je niet thuis was!´
Roetsj weg.
Ik maak van de deur, waarvan het onderste glasdeel nu is ingetrapt, een Oudhollandse deur: met beneden een stijlvol houten paneel en bovenin fraaie ijzeren roosters voor het glas. Ben ik,
inclusief schilderwerk, drie dagen mee bezig.
Eef, de buurman belt aan:´Zeg Manus, die zoon van jou, of eigenlijk die van M, die scharrelde vannacht rond in het plantsoen voor het
huis.´
´Shit, die wil nog steeds zijn inbraak afmaken´.
´Dan mag hij wel eens andere gympen aantrekken, want deze geven licht als hij er mee loopt. Ik zag aan de lichtjes waar hij zat in het
plantsoen.´
Aan de zijkant van mijn huis met inpandige garage annex kluswerkplaats (met allemaal verleidelijk gereedschap) staat een grote boom. Eigenlijk de grote boom van de buurman. De boom moet ooit om,
want hij neemt zo veel licht weg dat de blinde muur van mijn werkplaats helemaal met mos is bedekt. Met kleine bloemetjes er in zelfs. Mooi gezicht, maar vast niet goed voor de muur.
In mijn tuin liggen vier bielzen, waar ik nog een keer een borderrand van moet maken.
Aan de nok van mijn huis heb ik, toen ik eens met de buurman een steiger had gehuurd voor het nokschilderwerk, een grote haak met keilbouten vastgemaakt. Handig voor als de windveer weer eens
geschilderd moet worden. Ik gooi een touw over de haak en hijs een biels omhoog, tot ongeveer anderhalve meter.
Ik fluit de Rambo herkenningstune. In mijn hoofd heb ik een stoere band om mijn hoofd, is mijn onderkaak naar voren geschoven en heeft de Vietcong met messen recentelijk ´boter kaas en eieren´ op
mijn borstkas zitten spelen..
Ik trek de bielzen opzij naar de boom. Bijna horizontaal. Rambo zweet, de boom kreunt maar beiden houden. Tussen twee grote takken klem ik een ijzeren pin, een soort muizenvalhaakje in het
groot . Aan de pin komt een struikeltouw voor over het pad naast de garage.
´s Nachts. Pompiedom, in bed stripboekje lezen, wijntje erbij....
KABOENGGGG!!
Ojee, gaat daar mijn muur. Het huis schudt, Sil schiet onder het bed....
Kleren aan, zaklamp aan, tuinverlichting aan.
Onderaan de muur, die heel gebleven is, ligt op het pad de biels. In het mos op de muur staat een silhouet van een man, net als in een Roadrunner-cartoon. Een eind verderop in de tuin ligt
één gymschoen. Met knipperlichtje in de hak.
Die gaat opvallen bij Van Haren